Subgroep

Schorpioenvliegen

Orde Mecoptera

De orde Mecoptera omvat in Nederland drie verschillende families: de schorpioenvliegen (Panorpidae), de sneeuwvlooien (Boreidae) en de hangvliegen (Bittacidae). Kenmerkend voor deze drie families is de verlengde snuit van de kop, waarmee de dieren hun prooien uitzuigen. Schorpioenvliegen zijn te herkennen aan hun gevlekte vleugels en zwartgeel lichaam met rode staart. De mannetjes hebben een opvallende schorpioenstaart die gebruikt wordt voor de paring. Met name in de zomer zijn schorpioenvliegen talrijk aanwezig. Sneeuwvlooien zijn daarentegen ’s winters actief. Ze hebben geen vleugels en lopen rond over sneeuw, mossen en zandgronden. In 2019 is de eerste hangvlieg voor Nederland waargenomen. Hangvliegen lijken oppervlakkig op langpootmuggen en hangen letterlijk aan een blad of tak met hun voorpoten, om op die manier insecten te vangen. Ze leven in schaduwrijke, vochtige plaatsen.

Daan Drukker

Specialist: Daan Drukker

E: daan.drukker@naturalis.nl